Schil de ui en versnipper heel fijn. Als je look gebruikt, schil je die ook, versnipper ‘m en plet de stukjes tot zeeen papje vormen. Uitpersen kan natuurlijk ook.
Halveer de chilipeper overlangs, verwijder de zaadjes en snij ‘m erg fijn. Gebruik net zoveel chili als je wil (of niet wil).
Snij de avocado’s voorzichtig door met een groot scherp mes. Je voelt waar de pit zit, werk errond, zodat je twee helften krijgt.
Haal de pitten eruit en schep het vruchtvlees uit de schil, doe in een kom.
Voeg meteen het citroensap toe, dat belet dat je avocado’s gaan verkleuren.
Plet met een stevige vork, maar probeer nog stukjes over te houden, da’s lekker.
Doe er de ui, chilipeper en eventueel tomaat en look bij. Roer om.
Proef en stuur indien nodig de pikantheid en zuurte bij. Kruid dan met zwarte peper en een beetje zout, tot je ‘m het lekkerst vindt.
Klaar!
Bewaar afgesloten in een schone glazen pot in de koelkast.